Wereldbeeld – Een Christelijke definitie
Wereldbeeld – Waar zijn dat woord en het idee er achter vandaan gekomen? Volgens de publicatie “Critique of Judgment” gebruikte de Duitse filosoof Immanuel Kant voor het eerst het woord “Weltanschauung”, waar wij in het Nederlands “wereldbeeld” van afgeleid hebben. In een verwijzing die Albert Wolters “onopvallend”1 noemt, gaf het nieuwe woord van Kant het startsein voor een denkwijze over overtuigingen die binnen de Duitse filosofie breed aanvaard werd, en een bijzonder belangrijke ontwikkeling in het Christendom geworden is, met name in de tweede helft van de twintigste eeuw.
Het idee van een wereldbeeld (of levensbeschouwing) is door Christenen omarmd, in het bijzonder door “evangelische gelovigen”2 en is het hoofdonderwerp geworden van een verscheidenheid aan boeken, conferenties, websites, programma’s, cursussen en organisaties die zich met bediening bezighouden. Veel schrijvers zijn het eens met Nancy Pearcey dat het gebruik van dit begrip toegenomen is in evangelische kringen3, en wel op veel verschillende manieren. De brede toepassing van dit woord in zowel academische kringen als aan de koffietafel, maakt het noodzakelijk om te verklaren hoe dit begrip gezien en gebruikt wordt en hoe het gezien en gebruikt zou moeten worden.
Wereldbeeld – Een Christelijke crisis
In zijn boek over de geschiedenis van wereldbeelden schrijft David Naugle: “Het Christendom beschouwen als een wereldbeeld is een van de belangrijkste ontwikkelingen in de recente geschiedenis van de kerk geweest.”4 Deze uitspraak is een beetje ironisch, omdat veel boeken en andere bronnen die over dit begrip gaan, juist uitgaan van de veronderstelling dat Christenen zo’n wereldbeeld niet bezitten, maar juist wel zouden moeten hebben.
Zo suggereert bijvoorbeeld de Christelijke opiniepeiler George Barna dat minder dan 10% van de volwassenen die zichzelf als “wedergeboren” Christenen benoemen, een Bijbels wereldbeeld heeft. Dat is nogal opvallend, vooral omdat hij niet bijzonder strenge eisen stelt aan wat hij als Bijbels wereldbeeld classificeert.5
Een vaak geciteerde uitspraak in Christelijke boeken over wereldbeeld is van Harry Blamires: “Er bestaat geen Christelijke geest meer.”6 Charles Colson en Nancy Pearcey zeggen (op een manier die doet denken aan Francis Schaeffer): “de grootste fout van de kerk in de laatste decennia” is dat men er niet in geslaagd is om het Christendom te begrijpen als een algemeen wereldbeeld.7 Toch is de voortdurende toename van onderzoek naar wereldbeeld in protestantse evangelische hoek (mogelijk omdat zoveel mensen geloven dat een wereldbeeld ontbreekt), ongekend onder niet-evangelische protestanten, katholieken, orthodoxe Christenen of andere religies.
Wereldbeeld – Waarom dit belangrijk is!
Het idee van een wereldbeeld wordt gekoesterd door Christelijke “wereldbeeld-promoters”8 vanwege minstens drie redenen. Ten eerste worden wereldbeelden gezien als een, zo niet het doorslaggevend(e) en zeer bruikba(a)r(e) uitgangspunt voor begrip van de wereld van ideeën en culturele uitingen, en ook hoe je daar mee om kunt gaan op een Christelijke manier.
Arthur Holmes, bijvoorbeeld, schrijft dat de behoefte aan een Christelijk wereldbeeld de behoefte is om “de invloed van niet-Christelijke veronderstellingen uit te schiften en duidelijk Christelijke vooronderstellingen daarvoor in de plaats te brengen.”9 Phillip Johnson suggereert: “Een goede opleiding in het analyseren van wereldbeelden hoort net zo thuis in het verdedigingssysteem van een moderne Christen als een schild in de tijd dat een verstandige reiziger zich moest voorbereiden op een mogelijke aanval door struikrovers met zwaarden.”10 Volgens James Olthius ontdekken wij dat “conflicten in het leven en in de wetenschap neerkomen op verschillen in de wereldbeelden die men er achter de schermen op na houdt.”11 Voor David Naugle is begrip van het idee van wereldbeelden noodzakelijk omdat “alle kennis in menselijke en natuurwetenschappen wordt gekenmerkt door interpretatieve raamwerken die worden bepaald door een wereldbeeld.”12 Elders suggereert hij dat wereldbeelden centraal stonden bij de “Botsing der Beschavingen” van na de Koude Oorlog, waar Samuel Huntingdon over schreef in 1998, en ook bij de “Botsing van de Orthodoxen” waar Robert George in 2001 over betoogde.13 David Noebel citeert George en diverse andere bronnen die zowel voor als tegen het Christendom zijn, om zijn bewering te staven dat wereldbeelden ten grondslag liggen aan de culturele conflicten in de hedendaagse Westerse beschaving.14
Ten tweede, en misschien nog fundamenteler, is het zo dat evangelische Christenen die het idee van een wereldbeeld aanhangen, dat doen omdat zij geloven dat zij dat moeten. Met andere woorden, het Christendom zoals zij dat uitleggen biedt, en vereist zelfs, een volledig wereldbeeld dat verdedigd, aanvaard en/of verworpen moet worden als een compleet systeem, en niet stukje bij beetje.
Dit was het uitgangspunt voor beweringen die meteen al door zowel Orr als Kuyper gedaan werden in hun respectievelijke lezingen; dit is belangrijk omdat zoveel hedendaagse wereldbeeldschrijvers er zo zwaar op leunen. Volgens Orr is “hij die met heel zijn hart gelooft in Jezus als de Zoon van God daardoor toegewijd aan een groot aantal andere dingen die daarbij horen. Hij is verbonden aan een beeld van God, een beeld van de mens, een beeld van de zonde, een beeld van verlossing, een beeld van het doel dat God heeft met de schepping en de geschiedenis, en een beeld van de bestemming van de mens, dat alleen binnen het Christendom gevonden kan worden.”15
Volgens Kuyper biedt het Christendom een “leefsysteem” dat “wij niet zelf moeten uitvinden of formuleren, maar moeten bezien en toepassen zoals het zichzelf aandient in de geschiedenis.”16 Gordon H. Clark is het daarmee eens: “Het Christendom heeft, of we kunnen misschien wel zeggen, het Christendom IS een veelomvattende zienswijze op alles wat er is: het gaat er van uit dat de wereld, zowel materieel als geestelijk, een geordend systeem is.”17 Albert Wolters betoogt hiervoor ten aanzien van de omvang van de schepping: omdat het Christendom beweert dat alles geschapen is door God, moet de omvang van de Bijbelse beweringen over de zondeval en verlossing ook als alomvattend beschouwd worden. Daarom vereist het Christendom zo’n soort overkoepelende blik op de dingen.18
Wereldbeeld – Hoe wij leven
Tot slot, Christenen die het idee van een wereldbeeld omarmen, doen dat vanwege hun overtuiging dat een wereldbeeld zo’n fundamenteel onderdeel van de menselijke natuur is dat iedereen een wereldbeeld heeft, of men zich dat nu realiseert of niet.
Zo zijn bijvoorbeeld volgens Wolters wereldbeelden essentieel omdat “wij onontkoombaar schepsels met verantwoordelijkheid zijn, die van nature niet in staat zijn om puur objectieve meningen te hebben of iets te besluiten zonder dat ook maar ergens onze principes om de hoek komen kijken.”19 Michael S. Palmer beweert dat iedereen die in staat is om na te denken over wereldbeelden er zelf ook één heeft, of ze daar nu zelf ooit echt over nadenken of niet.20 Norm Geisler en William Watkins suggereren dat iedereen kijkt door het raamwerk van een wereldbeeld; daarnaar leeft en er zelfs in droomt.21
Met dank aan John Stonestreet van Summit Ministries.
Voetnoten:
1 David Naugle, Worldview: The History of a Concept (Grand Rapids, Mich.: Eerdman’s, 2002), 59.
2 De schrijver concentreert zich in dit artikel op “evangelische” Christenen om die Protestanten aan te duiden die de nadruk leggen op bekering, de Bijbel en evangelisatie, en die “afstammen” van de opwekkingen in de Amerikaanse kolonies en het Groot-Brittannië van de 18e eeuw. Zie Mark A. Noll, The Rise of Evangelicalism: The Age of Edwards, Whitefield and the Wesleys (Downers Grove, Ill.: InterVarsity Press, 2003), 15-21.
3 Nancy Pearcey, Total Truth: Liberating Christianity from its Cultural Captivity (Wheaton, Ill.: Crossway, 2004), 17. Zie ook Naugle, Worldview, xiii; Andrew Hoffecker, “Introduction” in Hoffecker, red. Building a Christian Worldview, vol. 1, God, Man, and Knowledge (Phillipsburg, N.J.: Presbyterian and Reformed Publishing Company, 1986), vi; James Sire, Naming the Elephant (Downers Grove, Ill.: InterVarsity Press, 2004), 23.
4 Naugle, Worldview, 4.
5 George Barna, “Only Half of Protestant Pastors Have a Biblical Worldview” [online] (2002); beschikbaar op http://www.barna.org/FlexPage. aspx?Page=BarnaUpdate&BarnaUpdateID=156 Barna identificeert een Bijbels wereldbeeld als een wereldbeeld dat staat voor de volgende zaken: 1) Een absolute morele waarheid bestaat, 2) De Bijbel is de bron van die waarheid, 3) Jezus leidde een zondeloos leven, 4) God heeft het universum geschapen en heerst er nog steeds over, 5) Verlossing is een geschenk van God, 6) Satan is een werkelijke, levende realiteit, 7) Christenen hebben een persoonlijke verantwoordelijkheid om het Evangelie te verkondigen, en 8) De volledige leer van de Bijbel is betrouwbaar. Vergelijkbare definities zijn verwoord door Worldview Weekend (www.worldviewweekend.com), Summit Ministries (www.summit.org) en het Nehemiah Institute (www.nehemiahinstitute.com).
6 Harry Blamires, The Christian Mind: How Should a Christian Think (Ann Arbor, Mich.: Servant, 1978), 3. Voor voorbeelden, zie W. Gary Phillips and William E. Brown, Making Sense of Your World: A Biblical Worldview (Chicago: Moody, 1991; herdruk, Salem, Wis.: Sheffield, 1996), 13.
7 Charles Colson en Nancy Pearcey, How Now Shall We Live? (Wheaton, Ill.: Tyndale Publishing House, 1999), xii. Pearcey’s respect voor en uitbreiding van Schaeffers werk is bijzonder duidelijk en wordt uitdrukkelijk toegegeven, in Total Truth, 49-57 en 393-396.
8 Dit is een term die gebruikt wordt door David Noebel, Understanding the Times: The Religious Worldviews of Our Day and the Search for Truth (Eugene, Or.: Harvest House, 1991), 9, en Robert Patrick Lovering, “The Concept of Worldview in Contemporary Philosophy of Religion” (Ph.D. diss., University of Colorado, 2001), 9. De term slaat op een wijd bereik van Protestantse evangelischen die zwaar leunen op het idee van een wereldbeeld in hun werken. Het is belangrijk op te merken dat deze drie redenen in een groot aantal Christelijke werken over levensbeschouwingen kunnen worden gevonden, maar dat niet alle schrijvers deze drie redenen op dezelfde manier interpreteren.
9 Arthur Holmes, Contours of a Worldview (Grand Rapids, Mich.: Eerdmans, 1983), viii.
10 Foreword to Pearcey, Total Truth, 12.
11 James Olthius, “On Worldviews” in Stained Glass: Worldviews and Social Science, red. Paul Marshall, et al (Lanham, Md.: University Press of America, 1989), 26.
12 Naugle, “The Age of the World Picture: Hermeneutics and Weltanschauung Theory.” [online] (2002); beschikbaar op http://www.dbu.edu/naugle/papers.htm. Soortgelijke uitspraken kunnen gevonden worden in Hoffecker, Building a Christian Worldview, x-xi.
13 Naugle, “Clashing Civilizations, Culture Wars, and the Academy.” [online] (Lezing gehouden aan Southern Methodist University, 30 september, 2003); beschikbaar op http://www.dbu.edu/naugle/papers.htm. Zie ook Samuel P. Huntingdon, The Clash of Civilizations and the Remaking of World Order (New York: Simon and Schuster, 1998) en Robert P. George, The Clash of Orthodoxies: Law, Religion and Morality in Crisis (Wilmington, Del.: Intercollegiate Studies Institute, 2001).
14 David Noebel, “Worldviews in Conflict.” Niet gepubliceerde aantekeningen van de Summit Ministries Summer Leadership Conferences (2005).
15 James Orr, The Christian View of God and the World (New York: Scribner, 1897; herdruk, Grand Rapids, Mich.: Kregel, 1989), 4.
16 Abraham Kuyper, Lectures on Calvinism (Grand Rapids, Mich.: Eerdman’s, 1931; herdruk, Grand Rapids, Mich.: Eerdman’s, 2000), 11-12. Zie ook Peter Heslam, Creating a Christian Worldview: Abraham Kuyper’s Lectures on Calvinism (Grand Rapids, Mich.: Eerdmans, 92-95).
17 Gordon H. Clark, A Christian View of Men and Things, 3e ed. (Grand Rapids, Mich.: Eerdmans, 1952; herdruk, Unicoi, Tenn.: Trinity Foundation, 1998), 9.
18 Albert Wolters, Creation Regained: Biblical Basics for a Reformational Worldview (Grand Rapids, Mich.: Eerdman’s, 1985), 57.
19 Idem, 4.
20 Michael S. Palmer, Elements of a Christian Worldview, red. Michael S. Palmer (Springfield, Mo.: Gospel Publishing House, 1998), 24-25.
21 Norman Geisler en William D. Watkins, Worlds Apart: A Handbook on Worldviews, 2e ed. (Grand Rapids, Mich.: Baker, 1989), 11-15.
Copyright © 2002-2021 AllAboutWorldview.org, Alle rechten voorbehouden